Krüger in haar rol als ambassadeur van ‘ode aan het landschap’ van Achterhoek Toerisme. Foto: Jan Bijl

Krüger in haar rol als ambassadeur van ‘ode aan het landschap’ van Achterhoek Toerisme. Foto: Jan Bijl

‘Ik hoef helemaal geen grafsteen’

Maatschappij

ACHTERHOEK - In Veur de Droad beantwoorden Bekende Achterhoekers gevoelige vragen en helse stellingen. Wie antwoordt legt een beetje z’n ziel bloot. In aflevering 3 de favoriete visite van veel Omroep Gelderland-kijkers: Angelique Krüger (52) uit Aalten.

Door André Valkeman

1) Mijn mentale bui is:
“Energiek. Er gebeurt veel. Ik heb een bed en breakfast, daar komt een pipowagen en een chalet bij. Als presentator heb ik veel dagvoorzittersklussen, naast mijn tv-werk. Daarover was wat reuring. Koppen werden dusdanig aangedikt alsof ik weg zou zijn bij Omroep Gelderland. Erg overdreven. Ik ben alleen opgestapt bij De Week van Gelderland. Een studioprogramma waar het keurslijf mij te strak was als presentator. Ik ben overigens altijd freelance-presentatrice geweest bij Omroep Gelderland en presenteer straks het Dorpshuis van het Jaar gewoon. Ik blijf daar dingen doen.”

2) Ik lijk het meest op ‘mien va/mo’:
“Mijn directe communicatiestijl is zowel moeders als vaders kant. De looks, het blonde, is vaders kant. Door afwezigheid van mijn vader in mijn jeugd heb ik nooit contact met hem gekregen.

Het huwelijk van mijn ouders kende al wat strubbelingen. Toen was daar een heel heftige gebeurtenis. Allemaal voordat ik geboren werd. Ze reden auto en kregen een klapband. De wagen sloeg over de kop… Een dochter van hen, mijn zus, verongelukte. Mijn ouders kwamen – pas na vele dagen – bij en hoorden dat hun kind gestorven was. Ze was zelfs al begraven.

Daarna verwekten zij mij. Alleen het ongeluk en bijbehorende emoties dreef ze verder uit elkaar. Ze gingen scheiden en ik bleef bij mijn moeder. Mijn vader zocht mij niet op en die behoefte van opzoeken voelde ik ook niet.”

3) Mijn grootste angst is:
“Verlies. Mensen om mij heen worden ziek en ik heb ook mensen verloren. We blijven eendagsvliegen.”

4) Dit is mijn held:
“Ik heb geen helden, wel mensen die ik heel goed vind. Zoals Paul de Leeuw, Sonja Barend, Jeroen Pauw en Twan Huys.”

5) Ouder worden is:
“De onzekerheid wordt minder, prettig. Minder leuk: dat je in de spiegel kijkt en er wel tien jaar af mag. Hoe je die tien jaar dan ziet? Rimpels.”

6) Na de dood is er:
“Niets. Je lichaam blijft op aarde, je geest fladdert weg, of zoiets.”

7) Ik heb alles al gedaan:
“Nee, ik zou heel graag nog een talkshow willen doen. Het hoogst haalbare. Hoeft niet landelijke tv te zijn, dat heb ik nooit als iets heiligs gezien. Ik heb wel ooit gesprekken gehad in Hilversum. Voor een sportprogramma, een quiz en Goedemorgen Nederland.”

8) De mens is monogaam:
“De mens in zijn algemeenheid niet. Ik wel. Ik zou een leven als vreemdganger niet willen. Uit de kleren voor jan en alleman. Je moet daar ook een beetje exhibitionist voor zijn. Vroeger stond ik er al zo in. Een vriendinnetje deelde best vaak het bed met jongens, one-night stands. Ik had vriendjes en was zeer selectief met wie ik het bed deelde. Met Paul ben ik al heel lang samen, het is heerlijk dat je ieders lichaamsvlekje kent bij elkaar. Geen schaamte.”

9) Mensen met een accent zijn:
“Niets anders dan mensen zonder accent. Ik hoor als voorbeeld liever een Achterhoeks accent, dan heel erg ABN. Je hoort ook gelijk ergens bij als mens en dat is mooi.”

10) Dit komt er op mijn grafsteen:
“Ik hoef geen steen. Ik zou op een natuurbegraafplaats willen liggen, of zoiets. Dat gaat vaak zonder steen. Iedereen mag bij een overledene zijn gevoel hebben, vind ik. Als jij een tekst op je steen zet bepaal je ergens voor anderen toch hoe je herinnerd moet worden. Ik denk dan: herinner mij maar zoals je wil.”

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant