
Kleding kopen
OpinieZondag zaten wij bij Amphion in prettig gezelschap na te praten over het programma dat komend seizoen wordt gepresenteerd. Binnen was het heerlijk koel net als de wijn die we dronken, de temperatuur van de bitterballen was nog hoger dan de buitenlucht. Toch kreeg ik die middag kippenvel op mijn armen. Het was tijdens een duet van Alexander Broussard en Ariënne Groenewoud. De geboren Italiaanse pianist-zanger bracht mij met zijn Italiaanse repertoire in gedachten naar mijn geliefde vakantieland. Het land van cultuur en passie, kent prachtige muziek. Van Cose della Vita van Eros Ramazzotti tot de opera’s van Verdi en Puccini. Je moet niet teveel aan werktempo en de ambtenarij denken en al zeker niet aan de politiek, die is meer met de Franse slag. Muziek, cultuur en eten is er echter op hoog niveau en in overvloed. De mannen houden allemaal van hun mamma en nonna omdat zij tot op middelbare leeftijd door hun in de watten worden gelegd.
Na het optreden van Broussard dacht ik aan onze vele vakanties, maar ook aan mijn diensttijd raar genoeg. Heeft te maken met dat kippenvelmoment.
Een van mijn dienstkameraden was Surinamer van geboorte. Eric Vallentak was een bijzonder mens. Als hij tijdens onze vele gesprekken over muziek, zijn moeder en zijn geboorteland vertelde en ik daar blijkbaar een passende bijdrage aan leverde, zei hij altijd: Ben,” jouw kippen kruipen over mijn vel.” Als er dus zo’n momentje is denk ik aan hem. Hij was net als ik ouderwets katholiek opgevoed, wij hadden zo maar Italianen geweest kunnen zijn. Mijn Anke genoot een vrije en liberale opvoeding, terwijl haar ouders net als die van mij van 1904 waren. Wij hadden het daarover bij Amphion. Anke op vakantie in minirokjes en hotpants, die conservatieve Italianen keken de ogen uit. We mochten geen kerk in, voor mijn wederhelft geen punt, zij was niet katholiek en van het kaarsjes opsteken.
Op school kregen wij een cijfer voor kerkbezoek. Wij moesten elke dag, nooit heb ik meer zulke hoge cijfers gehaald. Wij spaarden als kind voor de missie. Thuis hing er een missiekalender aan de muur met een glazen buisje waar munten in konden. Ook spaarden we melkdoppen en zilverpapier, het liefst zilverpapier want dat betekende dat we een reep kregen. Wat men met al die blinkende materialen deed, weet ik tot op de dag van vandaag niet. Per kwartaal kregen we een missieblaadje, met verhalen over Afrika en foto’s van arme kinderen voor lemen hutjes en moeders met magere baby’s aan hun borst. Vreemd dat we wel bruine borsten mochten zien, thuis was alles hooggesloten. Ik spaarde volgens mijn jongere broertje veel te hard. Hij was handiger dan ik, want zei hij dan, wijzend op het missieblaadje, rustig aan met dat sparen, straks kopen ze er nog kleding van.
Goed gaon