Bart Notten met zijn dochter Renske. Foto: Luuk Stam
Bart Notten met zijn dochter Renske. Foto: Luuk Stam

Bart Notten bezegelt liefde voor de zijspancross met boek

Sport

Boek ‘Bart Notten, zijspan-legende met vlag en klompen’ verschijnt deze week

Door Luuk Stam

VORDEN – Als bakkenist behaalde hij in 1971 samen met Rikus Lubbers de eerste officieuze wereldtitel zijspancross, maar gevraagd naar het mooiste dat deze sport hem bracht, kijkt de in Vorden woonachtige Bart Notten (78) direct verder dan zijn eigen actieve carrière. Dat hij het project ‘Kids and Sidecars’ in het leven riep, een initiatief waaruit door de jaren heen vele jonge zijspancrossers zijn voortgekomen, daar is hij meer dan trots op. Mentor was hij van onder anderen zijn voormalig buurjongen Koen Hermans (27) uit Hengelo, die inmiddels al jaren meestrijdt in de wereldtop. 

Het komt allemaal terug in het boek ‘Bart Notten, zijspanlegende met vlag en klompen’, dat op woensdag 27 maart verschijnt. Schrijver Jaap Oostermann neemt de lezer in het met vele foto’s aangeklede boek mee in de carrière van Notten als bakkenist, maar ook de periode daarna komt uitgebreid aan bod. Tot op de dag van vandaag is de geboren Hengeloër nauw verbonden met de sport, die als een rode draad door zijn leven loopt. Hij geldt als ‘vaandeldrager’, promotor en hartstochtelijk fan van de zijspancross.

Mooie verhalen
Dat alles wordt de laatste jaren wel wat minder, want zijn gezondheid laat Notten nogal in de steek. Hij hoorde de diagnose Parkinson en heeft verschijnselen van dementie. Voor dochter Renske Kranenberg-Notten was het aanleiding om het crossleven van haar vader vast te leggen. “Papa heeft altijd zoveel mooie verhalen, het zou zonde zijn als die verdwijnen”, zegt de Vordense, die zelf in de ouderenzorg werkt en al vroegtijdig opmerkte dat haar vader achteruitging. “Ik dacht: als we wat met die verhalen willen, dan moet het nu. We zijn blij dat we het gedaan hebben, want papa heeft nog heel goed kunnen vertellen.”

Het eerste idee was enkel een fotoalbum, hier en daar aangevuld met anekdotes, mooi om zelf te hebben. Na een oproep op Facebook om hiervoor fotomateriaal te verzamelen, kwam Kranenberg-Notten begin vorig jaar in contact met auteur en grafisch ontwerper Jaap Oostermann. Hij maakte al foto’s van haar vader in diens beginjaren als bakkenist. Oostermann stelde voor om het groter aan te pakken, een samenwerking was geboren. Het resultaat is een meer dan 200 pagina’s tellend boekwerk, uitgegeven door Uitgeverij Hermans, waar eerder ook al het boek Ode aan de Achterhoekse Motorcross (2016) verscheen.

Tijger
In dat boek staat uiteraard ook al (een deel van) het verhaal van Notten opgetekend, want de Vordenaar is niet weg te denken uit de crosswereld. 31 jaar lang was hij actief als bakkenist, in 1997 nam hij definitief afscheid. Stoppen had hij al een paar keer eerder gedaan, steeds bleek het crossvirus te sterk en kwam er een rentree. Als 51-jarige stond hij bij zijn afscheid nog altijd te boek als ‘een tijger in het zijspan’, maar ergens moest er een streep getrokken. In 2012 ging Notten nog één keer over de baan, bij de jubileumcross van de Hengelose Auto- en Motorvereniging (Hamove) op het Hengelse Zand.

In de bak uiteraard, want bakkenist was hij al die jaren geweest. Dat ontstond al als 15-jarige. Notten werkte in de bouw, bij de gebroeders Lubbers in Hengelo. Van zijn baas Gert Lubbers kreeg hij zijn eerste motor, een Jawa 250 cc. Samen met zijn vier broers bouwde de tiener die motor om tot zijspan, want zo zei hij: ‘Een zijspan is plezier voor twee.’ Die spreuk zou de bakkenist de jeugd later nog vaak meegeven. De rolverdeling was in zijn eigen jeugd direct helder: één van zijn broers nam plaats achter het stuur, Bart Notten stapte in de bak.

Blauwe lucht
De kick, het één zijn met de rijder, samen de baan lezen, Notten bleef de rol van bakkenist altijd mooi vinden. Loodzwaar was het, maar hij stond bekend om zijn berenconditie, had ook talent voor het ‘bakken’. Daarbij waren bakkenisten niet zo gemakkelijk te vinden. Bekende grap in het wereldje: als je wil weten of iemand een goede bakkenist is, dan moet je ’m in z’n oor kijken. “Als je dan aan de andere kant de blauwe lucht kunt zien, dan is iemand een goede bakkenist”, verklaart Notten. “Daar wordt helemaal niks negatiefs mee bedoeld, maar om dit goed te kunnen doen, is het nou eenmaal het beste als je geen verstand hebt.”

Hoewel het een gegeven is dat deze sport de nodige risico’s met zich meebrengt, kende hijzelf in zijn actieve carrière nauwelijks blessures. Bij één van zijn eerste wedstrijden op het Hengelse Zand in 1968 moest zijn sleutelbeen eraan geloven, daarna brak Notten – een klein wonder – nooit meer wat. Het was één van de redenen dat hij uiteindelijk zo lang doorging, dat hij van de sport bleef houden. Daarin speelden na zijn carrière ook de successen van de gebroeders Willemsen een grote rol. Daniël Willemsen werd tussen 1999 en 2012 tien keer wereldkampioen, Bart Notten stond steevast langs de baan.

Jeugd
Daar moedigde hij in de jaren die volgden ook steeds vaker jongens aan die voortkwamen uit de door hem opgerichte stichting ‘Kids and Sidecars’, die nog steeds actief is. De stichting begeleidde niet alleen talent tussen de tien en vijftien jaar oud, maar bood hen ook de mogelijkheid om jeugd-zijspancombinaties te kopen of te leasen. Het maakte de sport voor jonge crossers toegankelijker omdat zij – nog volop in de groei – op deze manier zonder veel extra kosten toch steeds over een zijspan op maat konden beschikken. De aanpak werkte. “Als je nu naar het WK kijkt, dan komt zeker de helft van die jongens bij ons vandaan”, zegt Notten.

De sport verdween nooit uit zijn leven, sterker nog: de sport was zijn leven. Tien jaar geleden verkocht hij samen met zijn vrouw Marie – zij overleed vorig jaar – zijn huis in Hengelo. De twee lieten in Nederland alles achter, trokken er met de camper op uit. Overwinteren deden ze in Spanje, de rest van het jaar reisden ze de cross achterna. Of het nou in België, Tsjechië, Estland of Spanje was, overal waar zijspancombinaties over de crossbanen scheerden, was Bart Notten te vinden, altijd in oranje pak, met oranje klompen en met grote vlag.

Feesttent
In alle hoeken van Europa was hij rondom de crossbanen eveneens een groot gangmaker. Een vast gegeven was het dat Notten aan het eind van een wedstrijddag in de grote feesttent op één van de tafels klom en zwaaiend met zijn vlag het toch al enthousiaste publiek in die tent nog verder opzweepte. “Papa stond graag in het middelpunt van de aandacht”, zegt dochter Renske daarover. Haar vader zelf: “Nouja, daar mogen mensen van vinden wat ze willen, maar ik vond het prachtig. En ik deed er niemand kwaad mee.”

Zo uitbundig gaat het niet meer. Als hij nog een cross bezoekt, draagt de zeventiger een trui met daarop een foto van hemzelf als bakkenist, daarbij de tekst: ‘I’m not old, I’m a legend.’ Wat blijft is de grote hoop dat de wereldtitel in de zijspancross ooit in handen zal komen van Koen Hermans. Hij schreef voor het boek het voorwoord, dat de hoofdrolspeler tot tranen toe roerde. ‘Zonder hem was ik nooit zover gekomen’, zegt Hermans over zijn oud-buurman Notten. ‘Voor Bart zal ik mijn best blijven doen om onze droom te verwezenlijken.’

Het boek ‘Bart Notten, zijspanlegende met vlag en klompen’ kost 27,50 euro. Het is onder andere verkrijgbaar bij boekhandel Bruna in Vorden, bij Shop Melange in Hengelo en via www.uitgeverijhermans.nl.

Notten in de bak bij Rikus Lubbers tijdens de cross op het Hengelse Zand in 1973. Foto: Jan Burgers

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant