Afbeelding

Dubbeldekkers

Opinie

Twee weken geleden zag ik met vette letters de volgende tekst in mijn krant staan: ‘Onrust over aanvliegroutes boven de Achterhoek’. Een raadslid van D66 vertelde tijdens de raadsvergadering in Winterswijk dat zij zich zorgen maakt. Toen niet iedereen gelijk onder de indruk was, voegde zij toe dat ze niet alleen stond. Dat was even schrikken. Binnenkort zal het in de hele regio onderwerp van discussie zijn, voorspelde zij. Aan onze stamtafel wordt er veel gelachen maar ook gesproken over zaken waar wij ons zorgen over (kunnen) maken, het vliegtuiggeluid kwam niet voorbij. Ik vind vliegtuigen prachtig, en probeer die met een kijker te spotten, dat valt niet mee. Ik hoor ze nooit aankomen, en zie vooral witte banen hoog in de lucht. Er is een kans dat er meer over ons gebied zullen vliegen in de toekomst. Op twee kilometer hoogte vliegen uitsluitend militaire- en sportvliegtuigen. Verkeersvliegtuigen vliegen boven de Achterhoek tussen de twee en acht kilometer hoog. Heel wat anders dan bij mijn neef in Amsterdam natuurlijk. Ik heb hem overigens nog nooit over dat geluid horen praten, al moet ik zeggen dat mijn familie er niet om bekend staat goed te luisteren. 

Er zijn twee mogelijke (lucht)wegen voor de vierde aanvliegroute naar Schiphol. De één over Winterswijk, de ander komt bij Lobith het land binnen, al zal het mij niet verbazen als straks blijkt dat het net als bij de Rijn toch via Spijk zal zijn. De verantwoordelijke wethouder uit Winterswijk wil namens ongeruste burgers zo spoedig mogelijk om de tafel met de Provincie, het Ministerie en buurtgemeenten. Ik vrees voor de vakantiegangers, die naar de zon willen, dat zij zal aanbieden dat burgers die onder die route wonen in de toekomst geen gebruik meer zullen maken van een vliegtuig, als die over eigen grondgebied vliegt. Er tegen protesteren zou anders asociaal en hypocriet zijn. 

Mijn fascinatie voor vliegtuigen komt uit de tijd dat ik negen jaar jong was. Mijn oudste broer werd in die tijd opgeleid tot luchtmachtpiloot. Ook hij vloog wel eens per ongeluk over Winterswijk, met het zwakke excuus dat hij zich daar op de fiets ook al eens had verreden. Mijn broer kreeg zijn opleiding in een dubbeldekker. De slaapkamer van mijn broertje en mij hing vol plaatjes van vliegtuigen, vooral dubbeldekkers. Onze oudste broer maakte ooit een spectaculaire landing nadat hij onraad had geroken in de cockpit. De stank bleek later uit de broek van de instructeur te zijn gekomen. Die had net iets eerder dan mijn broer gezien dat ze de grond bijna hadden bereikt. Mijn broer was dan misschien niet zo’n handige piloot, maar hij kon wel perfect met de door de overheid beschikbaar gestelde krukken lopen. Mijn jongste broer en ik bleven, een stuk ouder nog steeds plaatjes op onze slaapkamermuur plakken. Niet meer van vliegtuigen, wel altijd dubbeldekkers. 

Goed gaon

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant